OVER DE SCHUTTING

Ik ben van de generatie die in de jaren zeventig van de vorige eeuw de generatie van mijn ouders verweet dat ze er een zootje van maakte. Met luchtvervuiling, zure regen, radioactief afval dat 'ergens' werd opgeslagen als cadeautje aan de kinderen van de kinderen van de kinderen. Ondertussen gingen de grote mensen gewoon door met het dagelijks leven.
Ik ben van de generatie die in de jaren zeventig van de vorige eeuw de generatie van mijn ouders verweet dat ze er een zootje van maakte. Met luchtvervuiling, zure regen, radioactief afval dat 'ergens' werd opgeslagen als cadeautje aan de kinderen van de kinderen van de kinderen.
Ondertussen gingen de grote mensen gewoon door met het dagelijks leven. Rampen met kernreactoren, bovengrondse atoomproeven, gifstortingen. Three Mile Island (Harrisburgh), Bhopal, Ruhrgebied. Nee, Tsjernobil, dat kwam wat later.
We discussieerden op de middelbare school over deze kwesties met docenten die instemmend knikten en ons vervolgens wezen op de hoofdstukken die we moesten kennen voor de eerstkomende toetsweek. Maar de kwestie bleef: 'Niet alleen de kennis die jullie ons leren maar ook de verantwoordelijkheid om met die kennis iets GOEDS te doen, daar gaat het om. Zodat onze jonge generatie er op zijn minst geen nieuwe rampen bij hoeft te veroorzaken.'
Het leidde op mijn school tot het besluit om met docenten en leerlingen het stuk 'Galileo Galilei' van Bertold Brecht op te voeren. Een stuk dat draait om de vrijheid kennis en inzicht te vergaren, te verspreiden en nuttig te gebruiken, óók als dat niet in het belang wordt bevonden van de zittende macht.
Nog geen tien jaar later liep ik samen met een flink aantal Wijkenaren mee in de massale anti-kernwapen demonstraties in Amsterdam en Den Haag en ontplofte er ergens in de Oekraïne - toen nog Sovjet-Unie - een kerncentrale.
Dat alles overdacht ik, toen ik de berichten in de lokale kranten las over de roep om nieuwe kerncentrales. Alsof we niets geleerd hebben. En meteen viel mij ook de de humorvolle maar uiterst opvoedkundige opmerking in van mijn moeder, als ik weer eens lekker aan het experimenteren sloeg met verf, hout, papier, lijm, tijdschriften en watnietmeer. Die droge vraag, bijna gebiedend:
'Zég! Wil je, als je nieuwe zooi wil maken, de oude zooi eerst even achter je kont opruimen?'
Wij, de generatie van de ouders van onze kinderen (ja, ik ben 62), hebben nog wat zooi op te ruimen. De roep van onze kinderen en kleinkinderen om daar eens vaart mee te maken, kan mij niet luid genoeg klinken. Eerst die oude kerncentrale maar eens. The times they are a-changing?
[André van Zwieten]